Vijfenzestig procent van het Park bestaat uit bomen. Vooral eiken, berken en sparren zie je veel. Onder de stam van deze bomen groeien paddenstoelen, mos en varens.
De douglasspar
Deze boom kwam oorspronkelijk alleen voor in Amerika, maar is hier tegenwoordig zo ingeburgerd dat hij nu als een Nederlandse soort wordt beschouwd. Het hout van de douglasspar is sterk en taai en werd daarom vroeger vaak gebruikt als scheepsmast.
De sponszwam
Deze paddenstoel groeit aan de voet van boomstammen en op stompen van naaldbomen. Hij kan wel vijf kilo zwaar worden.
Klauwtjesmos
Naar deze mossoort hoef je in het bos nooit ver te zoeken. Klauwtjesmos groeit op stenen en boomstammen en valt vooral in de winter – als verder alles kaal is – heel goed op.