Het Deelense Veld zou je kunnen zien als een enorme badkuip, eentje van zo’n 500 hectare. Ooit lag hier smeltend ijs en sneeuw, nu is het een enorm gras- en heidegebied. Zou je gaan graven, dan stuitte je op een keiharde laag: een oerbank. Dat is een afzetting van uitgespoeld, ijzerhoudend humusmateriaal, afkomstig van vroegere vegetatie. Diep in de bodem heeft zich dat tot een solide ondoorlatende laag gevormd. Na een periode van veel regen raakt de bodem verzadigd tot het water blijft staan op de oerlaag. Dan is het wachten tot de ‘badkuip’ overstroomt. Dat laatste gebeurt vanzelfsprekend op het laagste punt, aan de noordkant van het Deelense Veld. En dan begint het stromen. Zo ook kort geleden.
Het water stroomde vanaf de IJzeren Man met duizenden kubieke meters per dag het bos in, waar het een meter of 900 verderop tot stilstand kwam. Het gaf een prachtig, enigszins bevreemdend beeld; een bosgebied dat vrijwel helemaal onder water stond. Na verloop van tijd, nadat de neerslag afnam, net als de toevoer via de beek, zakte het water weg in de bodem. Via de onderstaande kaart kun je zien hoe het water stroomde.
Wil je de heidebeek ook eens zien stromen? Hou dan vooral onze social mediakanalen in de gaten, we houden je op de hoogte!
